Dierenwelzijn

Gisteren was ik op de prachtige locatie van kasteel Groeneveld in Baarn te gast bij een landelijke conferentie over dierenwelzijn. In de regio Gooi en Vechtstreek ben ik nog steeds de enige wethouder met dierenwelzijn in portefeuille. Maar in Nederland zijn er gelukkig al veel meer. Bijna al die wethouders en hun beleidsambtenaren dierenwelzijn, maar ook diverse organisaties, waaronder natuurlijk de dierenbescherming, waren aanwezig.

Zo’n conferentie kost me een hele dag, maar het is wel een goede manier om in een dag weer helemaal bijgepraat te worden over allerlei thema’s die met dierenwelzijn te maken hebben. In Huizen lopen we redelijk voorop, zeker ook als ik hoor hoe de dierenbescherming overal nog aan het “modderen” is om zelfs de meest basale voorzieningen, zoals opvang van dieren in een asiel en het vervoer per dierenambulance, te regelen. Ik kan me heel goed voorstellen dat het voor al die vrijwilligers van de dierenbescherming weinig stimulerend is om al die gemeenten ieder jaar weer langs te moeten, om te onderhandelen over de vergoeding voor opvang en vervoer. In die zin steun ik ook wel het pleidooi van de dierenbescherming om dit (via een richtlijn van de Vereniging Nederlandse Gemeenten) in een keer goed te regelen.

Momenteel staan er nog twee actiepunten op de agenda voor wat betreft dierenwelzijn in Huizen en ik bezocht dus ook de workshops die hierover gingen.

In de eerste plaats is dit het “fokbeleid” op kinderboerderijen. Ik vind persoonlijk dat er genoeg zwerfdieren zijn (zeker als het gaat om bijvoorbeeld kleine knaagdieren en kippen) en dat een kinderboerderij die dieren dus niet zou moeten willen fokken. In een workshop werden de voor- en nadelen van fokken met dieren op een kinderboerderij besproken. Door de koepelorganisatie van kinderboerderijen, maar ook door de dierenbescherming, wordt hier heel genuanceerd over gedacht. Het was heel nuttig om op dit punt kennis uit te wisselen, want binnenkort gaan we hierover met het bestuur van onze Huizer kinderboerderij afspraken maken.

Een tweede thema, dat voor 2010 in Huizen op de agenda staat, zijn de schuilstallen. In Huizen gaat het vooral om schuilstallen voor paarden. Over dit onderwerp leven veel emoties en het is dus goed om ook op dit punt over de juiste kennis te beschikken. Het is wel duidelijk, dat het gebrek aan een schuilplaats tegen regen, wind of zon, in veel gevallen niet als dierenmishandeling hoeft te worden gezien, maar als we het over dierenwelzijn hebben, zijn schuilstallen eigenlijk onmisbaar.

 

Dierenwelzijnsconferentie

In de afgelopen week vond de conferentie over dierenwelzijn in Huizen plaats. Het was een boeiende conferentie, waar zo’n kleine 100 mensen aan deelnamen. Sommigen vertegenwoordigden een organisatie, anderen kwamen als geinteresseerd en betrokken dierenliefhebber. Er werd gediscussieerd over diverse stellingen en het aardige was dat voor alle stellingen wel voor- en tegenstanders aanwezig waren.

“Er zijn al veel gemeenten met een dierenwelzijnsbeleid” zei iemand na afloop tegen mij, “maar nergens is er zo’n debat over gevoerd als hier in Huizen”. Tsja, dan kan ik het niet laten om toch een beetje plagend te verwijzen naar mijn achtergrond als CDA wethouder. Het CDA is nu eenmaal een politieke partij die het debat met burgers en met het maatschappelijk middenveld serieus neemt. Ik vind dat we rond thema’s waar zoveel burgers en organisaties bij betrokken zijn geen beleid moeten maken, zonder hun expertise en opvattingen daar op voorhand bij te betrekken. 

Hoe nu verder? Er zijn tijdens de dierenwelzijnsconferentie relevante opmerkingen gemaakt en suggesties gedaan, die als het aan mij ligt nog verwerkt zullen worden in de definitieve nota dierenwelzijn, zoals die naar de commissie en de Raad gestuurd zal worden. Er waren echter genoeg meningsverschillen, om niet alles in die nota over te nemen. Ik verwacht dus nog een pittige discussie in de commissie en in de Raad over dit onderwerp.   

Ambities voor 2008

Na al die bijzondere dagen met familie en vrienden ben ik weer heerlijk ontspannen aan het nieuwe jaar begonnen. Het is het nu de tijd van de nieuwjaarswensen. Gisteren (2 januari) in de ochtend gelijk al een gezellige start met alle medewerkers en in de avond de nieuwjaarsbijeenkomst voor de inwoners van Huizen. Vandaag ontmoette ik veel ondernemers en bestuurders bij de receptie van de Kamer van Koophandel en morgen zullen er in Haarlem ongetwijfeld weer nieuwe gezichten te zien zijn op de receptie van de provincie. Dan komen de CDA recepties er nog aan, van onze eigen Huizer afdeling, van de provincie Noord Holland en van het CDA landelijk (in Zwolle), de receptie van het Gewest Gooi en Vechtstreek en tal van andere gelegenheden waarbij veel handen geschud worden en nog meer beste wensen worden uitgesproken.

Een veelgestelde vraag is: “Wat zijn jouw ambities voor het komend jaar?” Een onmogelijk kort te beantwoorden vraag, want op tal van onderdelen van mijn eigen portefeuille heb ik hoge ambities, die allemaal ook verwoord zijn in de programmabegroting van 2008. Zo moet de uitvoering van het WMO beleidsplan moet (na vaststelling in de Raad) stevig ter hand worden genomen. Er moet een concreet en bij voorkeur ook ambitieus toeristisch beleid voor de gemeente Huizen tot stand worden gebracht. Er moet een nota dierenwelzijn worden geschreven met realistische en haalbare doelen voor onze gemeente. Op regionaal niveau kan ik mij, mede dankzij de extra (financiele) steun van de provincie Noord Holland en de grote betrokkenheid van bestuurders economie en werk uit de negen regiogemeenten, krachtig gaan inzetten voor het versterken van de regionale economie en de positionering van onze regio ten opzichte van de rest van de Noordvleugel (o.a. Amsterdam, Almere, Amersfoort en Utrecht). Kortom: zeker geen gebrek aan ambities in 2008.

De eerste werkdag van het nieuwe jaar keek ik samen met enkele medewerkers naar al die ambities en ook naar de ambities die die we collegebreed hebben, o.a. met betrekking tot het versterken van het havengebied en de zone tussen haven en oude dorp en het realiseren van een aantrekkelijk hoofdwinkelcentrum. We kwamen tot de conclusie dat we in 2008 op al die terreinen daadwerkelijk belangrijke stappen vooruit kunnen gaan zetten, maar dan wel dankzij het solide financieel beleid van de gemeente Huizen in de afgelopen jaren.

Ik realiseer me terdege dat we als bestuurders staan op de schouders van onze voorgangers. Het is nu onze beurt en onze verantwoordelijkheid om nieuwe kansen te grijpen en risico’s af te wegen. Ik zie dit als een enorme uitdaging voor 2008.   

          

Dierenwelzijn: den Haag of Huizen?

In de afgelopen week was ik aanwezig bij een hoorzitting in de Tweede Kamer over de nota Dierenwelzijn. Diverse maatschappelijke organisaties hielden daar pleidooien voor aanpassingen van de nota Dierenwelzijn, die in januari in de Tweede Kamer zal worden behandeld. Om diezelfde reden had ik kort voor de hoorzitting een gesprek met onze CDA woordvoerder op dit dossier, dhr. H.J. Ormel.

Wat hebben we in Huizen nu te maken met rijksbeleid op het gebied van dierenwelzijn, zou u denken. Inderdaad, wij hebben in Huizen nauwelijks nog veehouders, in ieder geval geen bio-industrie en eigenlijk in het algemeen ook geen echt grote problemen op het gebied van dierenwelzijn. Toch waren er wel een paar zaken die ik bij onze CDA woordvoerder onder de aandacht wilde brengen, waaronder het ontbreken van financiering van landelijk werkende organisaties die zich bezig houden met opvang van niet-gedomesticeerde (dus in het wild levende) dieren, zoals de eekhoornopvang in Naarden. Ook vind ik dat er onduidelijkheid bestaat over de bevoegdheid van de gemeenten om op grond van dierenwelzijnsargumenten al dan niet circussen met wilde dieren binnen hun gemeentegrenzen toe te staan. Om die onduidelijkheid weg te nemen zouden gemeenten dit mijns inziens gewoon zelf moeten kunnen regelen.

Het was ook interessant om als CDA-ers onder elkaar eens af te tasten hoe wij het begrip “rentmeesterschap” interpreteren in het licht van de grotere thema’s rond dierenwelzijn. Zijn er situaties waarin dierenwelzijn moet prevaleren boven economische belangen? En wanneer is dat aan de orde? In de korte tijd die we hadden konden we de discussie hierover niet echt voeren. Maar als daar belangstelling voor is, dan komt onze eigen CDA woordvoerder dierenwelzijn vanuit den Haag graag een keer naar onze regio, om hier meer uitvoerig bij stil te staan. Ik ben benieuwd naar uw reactie.

  

Dierenwelzijn

sport-en-genoegen.jpgSinds de afgelopen week mag ik een nieuw beleidsveld aan mijn portefeuille toevoegen: dierenwelzijn. Dit onderwerp kwam door een initiatiefvoorstel van de PvdA op de politieke agenda. Alle collegeleden hebben via hun eigen portefeuille wel een of meer raakvlakken met dierenwelzijn. Vandaar dat we als college hebben bedacht dat er een coordinerend wethouder zou moeten zijn en dat ben ik dus geworden. Met plezier, mag ik wel zeggen, want dierenwelzijn vind ik een belangrijk onderwerp, waar ik ook vanuit mijn CDA achtergrond (daar noemen we het “rentmeesterschap”) wel ideeen over heb. Voor een belangrijk deel is dierenwelzijnsbeleid rijksbeleid (of zou het dat moeten zijn!) maar we kunnen zeker plaatselijk ook bijdragen aan het welzijn van dieren.

Ik ben zelf opgegroeid tussen de dieren. Thuis hadden we konijnen, kippen, duiven, cavia’s, een kat en later ook een hond. Die hond was via de dierenbescherming bij ons in huis gekomen en is in haar daarna nog 17 jarige leven ook helemaal vergroeid geraakt met ons gezin. Alle “kleindieren” bij de familie waren vooral hobby van mijn vader (en later ook mijn broers) en via hen kom ik nog steeds wel eens bij de vereniging “Sport en Genoegen”. Het  afgelopen jaar heb ik daar als wethouder sport en recreatie een tentoonstelling geopend. Ik kreeg tijdens die bijeenkomst, die een hoog “Ot en Sien” karakter had, een wit pauwstaartje in mijn handen. Of dit soort “doorfokken” van duiven nu werkelijk in het belang van deze dieren is geweest, staat wat mij betreft wel ter discussie. Dat geldt ook voor sommige konijnensoorten of honden- of kattenrassen. Maar het belangrijkste is wel dat de huidige eigenaren veel van hun dieren houden en er ook verantwoordelijkheid voor dragen.

De komende weken ga ik mij orienteren op de mogelijkheden voor onze gemeente om een dierenwelzijnsbeleid te ontwikkelen. Ik ga in ieder geval daarover vast praten met dierenbeschermingsorganisaties en instanties uit onze regio die gewonde of zieke dieren opvangen, zoals het vogelasiel en de egelopvang. Ik hoop mijzelf dan een goed beeld te kunnen vormen van de mogelijke knelpunten die er m.b.t. dierenwelzijn in onze gemeente zijn.