Stemadvies

Naast mijn dagelijkse werk ben ik als CDA wethouder natuurlijk ook actief in de campagne van het CDA voor de Tweede Kamerverkiezingen. De CDA vrouwen en het CDA bestuur organiseerden in Huizen en in de regio verkiezingsbijeenkomsten. We stonden op de markt in het hoofdwinkelcentrum en in het winkelcentrum Oostermeent. We lieten een vliegtuig met een reclameslogan voor het CDA door onze regio vliegen, we plaatsten advertenties, we plakten posters en we deelden huis aan huis kaarten van het CDA uit. Dat alles natuurlijk met als doel dat het CDA morgen de grootste partij blijft! 

Net toen ik dacht dat we nu toch echt wel klaar waren met de campagne kreeg ik een brief van Jan Peter Balkenende, met het verzoek om die door te sturen aan mensen die nog twijfelen op wie ze morgen zullen gaan stemmen. Aan dit verzoek wil ik graag voldoen, ook via mijn weblog. Daar komt ie dus:

Geachte mevrouw Bakker,

Deze verkiezingen zijn de meest enerverende die ik ooit heb meegemaakt. De resultaten van het kabinetsbeleid worden nu echt zichtbaar, en de kiezers zijn mede daardoor het CDA en mij met andere ogen gaan zien. Wat vele mensen buiten onze partij voor onmogelijk hielden, lijkt nu toch mogelijk: het CDA kan de verkiezingen winnen.

Zelf heb ik nooit getwijfeld aan de richting die het CDA in dit kabinet heeft gekozen. En gelukkig was ik daar niet de enige in. Met mij hebben velen in het CDA vastgehouden aan deze koers. Gewoon doen wat je belooft, en je niet gek laten maken door de waan van de dag. De kiezers lijken ons daar nu voor te gaan belonen. Toch is de race nog niet gelopen. De marges blijven klein. Een zeer groot deel van de kiezers zal pas in de laatste 24 uur zijn of haar keuze bepalen. Ik doe daarom een persoonlijk beroep op u: overtuig de mensen in uw omgeving om te gaan stemmen.

U zou hen dit stemadvies mee kunnen geven:

  • Gezinnen met kinderen kunnen het beste voor het CDA kiezen. In de CDA-plannen worden voor mensen met een laag inkomen alle kosten vergoed door meer kinderbijslag en een hogere kinderkorting. Dat is gericht armoedebeleid!
  • Ook mensen met een eigen huis horen thuis bij het CDA. De hypotheekrenteaftrek blijft bij ons in stand, want we willen niet dat 650.000 huishoudens (dat is 20% van de huizenbezitters) worden getroffen door plannen zoals bijvoorbeeld van de PvdA en ChristenUnie.
  • Ouderen zijn met het CDA goed af. De armoede onder ouderen is de afgelopen jaren drastisch gedaald. En met het CDA blijft de AOW in de toekomst intact en zijn de pensioenen veilig.
  • Ook mensen die op dit moment voor hun pensioen sparen, zijn bij het CDA aan het juiste adres. De pensioenen worden in de CDA-plannen niet extra belast. Ook wordt sparen voor je pensioen niet ontmoedigd. Wij bieden zekerheid!
  • Als ik jong was, zou ik op het CDA stemmen, omdat in de CDA-plannen de rekening van de vergrijzing en de staatsschuld niet naar latere generaties wordt doorgeschoven. De PvdA doet helemaal niets aan de kosten van de vergrijzing en de aflossing van de staatsschuld, zodat jongeren bij deze partij jarenlang de rentelasten met zich mee moeten blijven dragen.
  • Nog een groep: het CDA is ook de beste partij voor ondernemers. Het CDA zet zwaar in op lastenverlichting en het verminderen van onnodige regels.

Er zijn nog veel meer redenen om CDA te stemmen, bijvoorbeeld vanwege veiligheid, zorg, integratie, waarden en normen en milieu. Ik kijk de verkiezingen van morgen dan ook vol vertrouwen tegemoet, maar we zijn er nog niet. Het CDA heeft iedere stem heel hard nodig. En, u weet: een stem voor het CDA is een stem voor een Nederland met welvaart, zekerheid en respect.
Met vriendelijke groet,

Jan Peter Balkenende

Jan Peter Balkenende

Voedselbank

In de afgelopen week was ik op bezoek bij de Voedselbank in Huizen. Het is indrukwekkend wat  het bestuur en de vrijwilligers van de Voedselbank in een paar maanden tijd tot stand hebben gebracht. En het was ook goed om de Voedselbank eens in bedrijf te zien.

Met het bestuur hebben we gesproken over de noodzaak van de Voedselbank. Mensen krijgen nu een voedselpakket als ze, na aftrek van alle vaste lasten, minder dan 150 euro per maand te besteden hebben. Dat bedrag geldt voor een alleenstaande. Voor mensen met partner of met kinderen gelden iets hogere bedragen.

In principe hebben mensen met een minimum inkomen (of bijstandsuitkering, AOW of andere uitkering) meer te besteden dan dit bedrag. Waarom dan toch nog naar een Voedselbank?

De reden dat het inkomen of de uitkering niet meer toereikend is heeft vaak te maken met schuldenproblematiek. We gaan er als gemeente Huizen de komende tijd dan ook veel energie in steken om deze problematiek aan te pakken. Op dit moment wordt extra geinvesteerd in het verkorten van wachttijden bij de Stadsbank. Maar ook in preventie en ondersteuning kan meer worden gedaan. Daarover zullen we in januari met diverse betrokken maatschappelijke organisaties (waaronder ook de voedselbank) in gesprek gaan.

Een andere reden is ook, dat mensen de weg naar de gemeentelijke voorzieningen niet weten te vinden, of zich ervoor schamen om zich bij de gemeente te melden. In die situaties kan een Voedselbank laagdrempeliger zijn.

Dat er een Voedselbank is, die levensmiddelen inzamelt die anders weggegooid zouden worden, is natuurlijk prachtig. Het is hartverwarmend als mensen zich op deze manier inzetten voor anderen, die het minder breed hebben en voor wie dit een welkome aanvulling is. Maar dat er mensen zijn die voor hun dagelijkse levensonderhoud van een Voedselbank afhankelijk zouden zijn, is wat mij betreft in Huizen onbestaanbaar. Ik ben dan ook blij met de afspraak dat mensen die zich bij de Voedselbank melden via Maatschappelijk Werk, Vluchtelingenwerk of Stichting Lokaal Welzijn bij de gemeente (of andere overheidsinstanties) worden aangemeld voor structurele hulp. Want hoe belangrijk maatschappelijke ondersteuning vanuit de samenleving ook is, armoedebestrijding is en blijft een taak van de overheid!

Hoe was je dag vandaag?

Ouders van jonge kinderen zullen het misschien herkennen. Ze komen thuis van school. Je vraagt belangstellend: “Hoe was je dag vandaag?” En dan volgt een nietszeggend antwoord, zoals : “Ik weet het niet meer” (met andere woorden: laat me nou maar lekker gaan spelen, ik heb nu even geen zin om over mijn belevenissen te vertellen). Dat overkomt mij als moeder van een negenjarige zoon dan ook regelmatig. Deze week hadden we weer zo’n “interessant” gesprek. “Jammer hoor” zei ik “dat je niet even gezellig vertelt over hoe je dag was vandaag”. En toen kwam de verrassende reactie: “Hoe was jouw dag dan vandaag?”

“Nou”, was mijn reactie, “Ik heb vandaag een vergadering gehad over hoe mensen in hun eigen huis kunnen blijven wonen als ze ouder worden. Daarna heb ik lekker taart gegeten bij mensen die 50 jaar getrouwd waren. En ik heb een stuk grond verkocht van de gemeente. De mensen die het kochten waren er heel blij mee, want die kunnen daar zelf een huis gaan bouwen”.

Het is even stil. Dan zegt hij: “Je hebt eigenlijk best een leuke baan he mam?”

Jammer dat het niet de koningin is

voor-anker.jpgVandaag heb ik vrijwilligerswerk gedaan in het woon-zorgcentrum Voor Anker. Maaltijden uitgeserveerd. Een klusje dat om half 12 begon met tafels dekken en om half 2 klaar was na het afruimen. Ja, ja, u leest het goed. Vrijwilligerswerk. Want vandaag en morgen (vrijdag en zaterdag 3 en 4 november) staan in het teken van Make a difference day (MADD), een dag om het vrijwilligerwerk onder de aandacht te brengen.

Er komt vandaag een belangrijke mevrouw” had men de bewoners van Voor Anker laten weten. En dat leverde natuurlijk wel enige nieuwsgierigheid op. Toen de bewoners begrepen dat het om een wethouder ging werd toch enigszins teleurgesteld gereageerd. “Jammer dat het niet de koningin is“.

Het was toch erg gezellig in het Voor Anker en ik heb met veel boeiende mensen kennis gemaakt. Het was echt heel inspirerend om hier een paar uurtjes van mijn tijd in te steken.

Met de Wet Maatschappelijke Ondersteuning (WMO) krijgt de gemeente de taak om vrijwilligerswerk te ondersteunen. In Huizen hebben we gelukkig al een goed functionerende vrijwilligerscentrale. Maar we kunnen natuurlijk nog veel meer doen om vrijwilligerswerk (en ook de problematiek van het werven- en het behouden van vrijwilligers) op de agenda te zetten. Volgend jaar gaan we daar in Huizen actief mee aan de slag.

Een beetje promotie mag het vrijwilligerswerk best krijgen. Vandaag was daar ook voor bedoeld en ik doe daar van harte aan mee. Ik vind dat het gemeentebestuur best het goede voorbeeld mag geven. Vrijwilligerswerk is niet alleen nodig om onze samenleving leefbaar en betrokken te houden, maar het is ook heel leuk om te doen, het geeft voldoening en het helpt mensen ook om capaciteiten die ze hebben en die ze niet in hun werk kunnen inzetten, toch verder te ontwikkelen. Kortom: redenen genoeg om vrijwilligerswerk te promoten, wat mij betreft voor iedereen in de leeftijd van 6 tot 100 jaar.

Vergroeid met het water

Huizen is vergroeid met het water. Niet alleen vanuit historisch oogpunt (getuige o.a. onze prachtige botters), maar ook vanwege de vele mogelijkheden van de waterrecreatie. En als wethouder ben ik ook al een beetje met het water aan het vergroeien.

Vandaag ben ik (lekker warm gekleed vanwege het gure herfstweer) samen met onze havenmeester, vertegenwoordigers van de Stichting Jachthaven en een terzake deskundige ambtenaar een stukje de haven uitgevaren. Doel van de tocht was om het effect van de nieuwe ligplaatsen met eigen ogen te kunnen zien. De Stichting vindt dat, vanwege de ligplaats die op de hoek is gesitueerd, de doorvaart naar de jachthaven van de Stichting wordt belemmerd. Volgens de tekening is er echter voldoende ruimte.

Het was goed om met elkaar gewoon eens te gaan kijken en elkaars zienswijzen te bespreken, vanuit de wil om er samen uit te komen. Want ook al is er wat de gemeente betreft objectief gezien voldoende ruimte voor een veilige doorvaart, dan nog is er best begrip voor het “optische” effect van de nieuwe ligplaatsen op de entree van de Stichtingshaven. We gaan nu samen met de Stichting verder in gesprek over mogelijke aanpassingen die een verbetering kunnen betekenen voor de entree van de Stichtingshaven en zullen daarbij ook bespreken in hoeverre we gezamenlijk een oplossing kunnen vinden voor de kosten die hiermee gemoeid zijn.

Weer terug op het gemeentehuis wachtte mij een leuke verrassing. Van dhr. Honing (van het makelaarskantoor Voorma en Walch) kreeg ik per e-mail onderstaande foto van de botterrace, die afgelopen zomer door hem gemaakt is. Daarop staan we -als vrouwelijk deel van ons college- onder iets betere weersomstandigheden dan die van vandaag te genieten op het water.

botterrace-016.jpg

Ja, ik ben echt al een beetje aan het vergroeien met het water….

Ambtenaren

De eerste begrotingsraad van ons nieuwe College ligt achter ons. Gisteren (donderdag) hebben negen fracties in de Raad de voor hen belangrijke kwesties uit hun schriftelijke algemene beschouwingen nog eens mondeling toegelicht en daarbij werden ook veel vragen gesteld. We hadden ons allemaal goed op alle mogelijke vragen voorbereid, maar toch voelde ik me aan het begin van de begrotingsraad best wat nerveus. 

Onnodig achteraf, want voorafgaand aan de anderhalf uur die we hadden om alle vragen te beantwoorden waren de betrokken ambtenaren al aan de slag geweest om ons daarin bij te staan. Feiten waren boven tafel gehaald, optelsommen nog eens nagerekend en sommige antwoorden zelfs al helemaal netjes op schrift gezet.

Bij de start van de beantwoording van alle vragen kon ik dan ook namens het hele College zeggen dat wij ons bijzonder gesteund voelen door ons ambtelijk apparaat, niet alleen tijdens een inwerkperiode, maar ook tijdens het hele proces van de totstandkoming van de begroting. Het College gaat weliswaar in de presentatie van de begroting “de zeepkist” op, maar voordat dat mogelijk is, moet door veel mensen in ons gemeentehuis heel veel werk worden verzet.  

Over het imago van ‘ambtenaren’ wordt wel eens wat lacherig gedaan. Ten onrechte! Huizers mogen wat mij betreft dan ook best weten dat in ons Huizer gemeentehuis keihard gewerkt wordt, onder vaak heel hoge druk. Voor veel ambtenaren is hun werk dan ook echt geen “van negen tot vijf baan”. En het resultaat van al dat werk is van een continue hoge kwaliteit. 

Vandaag (vrijdag) zijn de besprekingen over de begroting afgerond, in een heel goede sfeer. De begroting en de belastingnota voor 2007 zijn vrijwel ongewijzigd vastgesteld. Wel hebben we aan de Raad heel wat beloftes gedaan, dus we gaan er de komende maanden weer keihard tegenaan. 

Ik ga nu zelf gezellig een midweekje samen met mijn zoontje naar Pompei en Napels. Maar na de herfstvakantie doen we op het gemeentehuis, als waardering voor al het zwoegen van onze fantastische ambtenaren, iets lekkers bij de koffie!     

  

Gewest Gooi en Vechtstreek

Als wethouder ben ik ook lid van het Algemeen- en Dagelijks bestuur van het gewest Gooi en Vechtstreek. Negen gemeenten werken in dit Gewest samen, namelijk Hilversum. Huizen, Bussum, Naarden, Blaricum, Laren, Weesp, Muiden en Wijdemeren. Vanuit het Dagelijks Bestuur trek ik de kar op het gebied van economie en werk. Dat is best even lastig geweest, omdat ik in Huizen deze onderwerpen niet in mijn portefeuille heb. Het betekende dus in de zomermaanden veel extra leeswerk. Maar het is wel heel boeiend om juist op dit complexe onderwerp regionaal tot goede afspraken te komen.

In de afgelopen maanden heb ik alle wethouders economie en werk van de negen gemeenten bezocht. Dat was niet alleen plezierig voor de kennismaking, maar dat gaf gelijk ook een goed beeld van alle onderwerpen die in de regio op dit gebied spelen. Tijdens deze gesprekken bleek een grote eensgezindheid te bestaan over enkele onderwerpen die we regionaal zouden moeten aanpakken. Daardoor kon er een termijnagenda worden gemaakt, die door alle bestuurders is onderschreven. Voor de ondernemers in onze regio, die hier lang om hebben gevraagd, is dit goed nieuws. Het is de bedoeling om de lange termijnagenda om te zetten in concrete acties, die de economie en de werkgelegenheid in onze hele regio zullen versterken. Daarbij is niet alleen de samenwerking tussen negen gemeentes nodig, maar ook de steun vanuit de provincie en de betrokkenheid van de Kamer van Koophandel, werkgevers- en werknemersorganisaties en organisaties op het gebied van onderwijs en arbeidsmarkt.

Noord-Hollandpad

Bord Noord-HollandpadVandaag werd het eerste deel van het Noord-Hollandpad officieel in gebruik genomen. Het Noord-Hollandpad is een provinciaal wandelpad, van ca. 200 kilometer. Het pad begint in Den Oever en gaat naar …… Jawel: Huizen!

Kijk, als wethouder toerisme en recreatie ben ik natuurlijk apetrots op dit initiatief. Vandaag stond ik daar in de kop van Noord-Holland onder een spandoek, waarop staat: van Den Oever naar Huizen. Veel van de aanwezigen kwamen uit de kop van Noord-Holland. Ze wisten niet eens dat Huizen nog bij Noord-Holland hoorde. Maar vanaf vandaag wordt dat natuurlijk anders. Het eerste deel van de route (van Den Oever naar Kolhorn) is nu klaar en we wandelden vandaag met een kaart in de hand, waarop na Kolhorn met een rode pijl naar het zuiden al staat aangegeven waar Huizen ligt.

Ik kan niet wachten tot de route klaar is. De planning is dat dit in december zal zijn. Dan kunnen wandelaars helemaal doorlopen, via de mooie natuurgebieden in het Gooi, door ons prachtige oude dorp, naar de kop van de haven. Wilt u meer weten van deze route? Kijk dan op de website www.noord-holland.com/noordhollandpad

Het eerste deel van de wandeling is overigens een aanrader. In de kop van Noord-Holland is nog volop ruimte. De wandeling gaat over prachtige oude wierdijken. Dat zijn dijken die nog gemaakt zijn van hout en zeegras. Het pad zelf bestaat bijna helemaal uit zacht gras, waar alleen wandelaars kunnen komen. Ik was echt verrast over de schoonheid van dit oude polderland en ik ben ervan overtuigd dat mensen uit de kop van Noord-Holland net zo verrast zullen zijn over de laatste etappe van het Noord-Hollandpad.

Opening laatste stuk Noord-Holland pad

Door weer en wind

Vrijdagavond 6 oktober. Guur weer. Waarschijnlijk hebben de meeste Huizers lekker warm thuis gezeten en er geen idee van gehad van wat zich intussen op het Gooimeer voor de kust van Naarden afspeelde. Daar was een brandweeroefening aan de gang, in samenwerking met de KNRM (reddingsbrigade).

Als College waren we uitgenodigd om zo’n oefening eens mee te maken. Er werd een brand op de zandzuiger nagebootst, waarbij ook slachtoffers zouden zijn. En terwijl wij lekker warm vanuit de stuurhut van het schip toekeken, worstelden brandweermannen in het gure weer om aan boord van het schip de slachtoffers te vinden en de brand te bestrijden. Op de terugweg mochten Liesbet Tijhaar en ik mee op een boot van de KNRM. Het ging er behoorlijk ruig aan toe en we werden dan ook drijfnat. De schipper vertelde ons hoe onder deze (en zelfs nog slechtere weersomstandigheden) wordt uitgevaren, om mensen die op het water in nood geraakt zijn te helpen.

Weet u wat ik daar nou zo indrukwekkend aan vind? Deze mensen doen dit iedere vrijdag! Voor de brandweermensen natuurlijk niet altijd op zee, maar er wordt iedere vrijdag intensief geoefend om voorbereid te zijn op tal van situaties waarin mensen in nood kunnen raken. Zij doen dit dus voor ons, terwijl wij ons dit vaak niet eens realiseren. En zij doen dit ook nog eens helemaal vrijwillig, zonder daarvoor betaald te worden. En het is niet alleen op vrijdagavond. Gemiddeld kost deze taak wel drie avonden per week en dan reken ik niet eens de situaties mee waarin echt iets aan de hand is en dus moet worden uitgerukt door brandweer en/of KNRM. Wat een inbreuk op je prive-leven. Dat mensen in ons dorp dit over hebben voor de veiligheid van anderen, dat verdient diep respect.

Vanochtend bij de opening van de atelierroute sprak ik een journalist van de Huizer Courant. “Gaat er de komende tijd nog wat bijzonders gebeuren?” vroeg ze mij. Natuurlijk zitten er wel spannende zaken aan te komen. Maar ik vind dat ook best eens wat meer aandacht besteed mag worden aan het werk van de mensen van de brandweer en de reddingsbrigade. Dat verdient wat mij betreft wekelijks een artikel in de krant, zodat wij ons als inwoners van Huizen goed blijven realiseren wat deze mensen helemaal vrijwillig voor ons doen.

Gras moet je martelen

In de afgelopen week kunnen mensen mij “gespot” hebben op de voetbalvelden van SV Huizen en Zuidvogels. Ik heb mij ter plaatse door deskundige ambtenaren laten informeren over de problemen die de voetbalverenigingen hebben met de kwaliteit van de velden. Er ging een wereld voor me open. Wat is er veel te vertellen over een grasplantje. Ik heb zelfs de lengtes van de wortels moeten vergelijken. En er werden ook prachtige wijsheden over mij uitgestrooid, zoals bijvoorbeeld:  “gras moet je martelen”. 

Beide voetbalverenigingen hebben last gehad van de extreme weersomstandigheden van de afgelopen periode. Eerst een hittegolf, met langdurig extreem hoge temperaturen en dan enorme hoeveelheden regenval. Ik kan zelfs als leek ook begrijpen dat gras hier niet groener van wordt.

Toch is er -op het oog- wel een groot verschil in kwaliteit van de velden van de beide verenigingen. De velden van SV Huizen liggen er beduidend slechter bij. Dat is ook de reden geweest dat de gemeente in overleg met SV Huizen een onderzoek naar de bodemkwaliteit heeft ingesteld. Inmiddels weten we ook de uitkomst van dit onderzoek. Er is -naast de slechte weersomstandigheden- door SV Huizen o.a. ook te weinig gesproeid en bemest.

De velden zijn eigendom van de gemeente en de gemeente doet zelf het groot onderhoud van de velden. Dat is ook dit jaar bij een veld weer gebeurd. Maar het reguliere onderhoud van de velden is een taak van de verenigingen zelf. Daarvoor krijgen ze van de gemeente een subsidie.

Omdat er nu over en weer vragen zijn gerezen over het onderhoud, hebben we met SV Huizen afgesproken dat we hierover vaker met elkaar zullen spreken en dat we de gemaakte afspraken steeds ook zullen vastleggen, zodat hierover geen misverstanden kunnen ontstaan. Ik hoop dat we -door intensieve samenwerking- de problemen met elkaar kunnen oplossen.   

Kunnen we de onderhoudsproblemen oplossen door de aanleg van kunstgrasvelden? Die vraag is me de afgelopen weken een paar keer gesteld, mede ingegeven door het door beide voetbalverenigingen ingediende subsidieverzoek.

Natuurlijk is kunstgras minder gevoelig voor weersomstandigheden. Maar ook kunstgras vergt intensief (en minstens zo kostbaar) wekelijks onderhoud. Kunstgras is dus zeker niet goedkoper in onderhoud, maar kan wel een oplossing bieden voor een gewenste intensievere bespeelbaarheid van velden. Op natuurgras kan je niet permanent spelen (want zelfs al moet gras gemarteld worden, er zijn grenzen). Kunstgras kent die begrenzing niet.

Om de noodzaak van kunstgrasvelden voor voetbalverenigingen goed te kunnen beoordelen, hebben we  de verenigingen dan ook om aanvullende informatie gevraagd voor wat betreft hun huidige ledenaantallen en de prognoses voor de groei van het aantal (jeugd)leden in de komende jaren. Na ontvangst van deze- en andere gevraagde informatie gaan we de aanvragen goed bekijken, zodat we tot een verantwoorde afweging kunnen komen voor de begroting 2008.