De geschiedenis van gedwongen verhuizingen van oudere mensen blijft zich maar herhalen. Maar toch is er nu een verschil met een aantal jaren geleden. De zorginstellingen trekken nu bij mij aan de bel en dat vind ik fantastisch, want samen kunnen we voor onze inwoners meer dan alleen!
Deze week ontvingen wij een bericht over een ouder echtpaar, dat nu nog zelfstandig in een aanleunwoning in Huizen woont, maar van wie de gezondheidssituatie zo is verslechterd, dat zij naar een verpleeghuis moeten. Hun wens is om in Huizen te mogen blijven. Daar zijn zij gehecht en hebben zij hun netwerk. Daar horen zij thuis!
Dit is het menselijke verhaal. Nu komt het systeemverhaal en ik waarschuw u maar vast, het is heel technisch! Want zo hebben wij in ons land de zorg voor onze ouderen geregeld.
Meneer heeft een indicatie ZZP 5. Mevrouw heeft nog geen indicatie, omdat haar situatie tot kort geleden daar geen aanleiding voor gaf, maar dat is dus veranderd en er zal ook voor haar een indicatie moeten worden aangevraagd.
ZZP5 in een zelfstandige (aanleun)woning geeft recht op ca. € 840,- per week. In de praktijk heeft deze meneer echter 34 uur per week zorg nodig (door twee personen tegelijk). Hierdoor wordt momenteel bijna het dubbele aan zorg geleverd dan wat vergoed wordt. Na contact met het zorgkantoor kan de zorginstelling voor drie maanden een opslag krijgen (zo nodig max. te verlengen tot 6 maanden), zodat er voor ca. €1050,- zorg per week geleverd kan worden. Ondanks deze toeslag is er voor de zorginstelling dus nog steeds een tekort van ca. € 600,- per week. Dit blijft zo lang meneer niet intramuraal in een verpleeghuis woont. Formeel moet hij elke willekeurige vrijkomende plek in een verpleeghuis accepteren.
De zorginstelling heeft de gemeente gevraagd wat we kunnen doen om ervoor te zorgen dat het echtpaar bij elkaar kan blijven, conform de politieke wens dat Huizer inwoners, als zij dit willen, in Huizen kunnen blijven wonen als zij verpleeghuiszorg nodig hebben en dat echtparen op dezelfde locatie terecht kunnen. Normaal gesproken moet dit voor dit echtpaar binnen 3 á 5 maanden lukken.
Een zogenaamd VPT (volledig pakket thuis) is geen optie, omdat de vergoeding daarvoor nog lager ligt. Momenteel wordt nog onderzocht of de familie zelf financieel nog kan bijdragen om de overbruggingsperiode door te komen tot in ieder geval meneer in een verpleeghuis in Huizen terecht kan.
Het lastige in deze casus is, dat conform de zorgbehoefte eigenlijk een indicatie voor de Wet Langdurige Zorg (WLZ) nodig is, in de vorm van VPT. Maar omdat een indicatie vanuit de WLZ minder uren PV (=Persoonlijke Verzorging) bevat dan de mogelijkheid vanuit de Zorgverzekeringswet en voor deze mensen veel persoonlijke verzorging nodig is, is men terughoudend met het aanvragen van een WLZ indicatie.
“Dit is nu weer typisch zo’n geval van de kronkel in de wet dat bij een lagere indicatie (nog geen WLZ) de voorliggende voorzieningen Wmo en wijkverpleging samen méér zorg opleveren dan met een WLZ-indicatie” verzuchtte een medewerker van de gemeente bij mij. Vooral omdat de uren persoonlijke verzorging vanuit de WLZ fors minder zijn dan via de ziektekostenverzekering. En dit terwijl de WLZ bedoeld is voor de kleine groep mensen die de meest intensieve (intramurale) zorg nodig heeft. De zorg die vergoed wordt voor deze mensen gedurende de wachttijd tot er plek is in een verpleeghuis vrij komt, is niet toereikend. Het is namelijk niet de zorg die ze nodig hebben.
Ik heb diep respect voor onze Huizer zorginstellingen, die de mensen voor wie zij zich verantwoordelijk voelen niet in de steek willen laten. Maar ik begrijp ook hun wanhoop, als ik weer met zo’n casus wordt geconfronteerd. Ga er maar aan staan!
Bij de gemeente Huizen gaat het om mensen en niet om systemen. Wij laten onze inwoners niet in de steek en óók de medewerkers van deze fantastische zorginstelling niet. Als dat niet anders kan, dan zullen we dus gaan voorfinancieren wat nodig is om deze mensen hun plek in de Huizer samenleving te blijven gunnen.
Maar we laten ons ook niet als een willoos schaap naar de slachtbank leiden. Zorgkosten horen niet thuis op het bord van de gemeente! Tijdens het landelijk casusoverleg is dit probleem ook op tafel gelegd bij de betrokken ministeries. Het formele antwoord is, dat er in de WLZ voldoende mogelijkheden zouden zijn voor maatwerkoplossingen. En dat gaan we de komende week dan ook maar eens goed uitzoeken. Wordt vervolgd!